MILDHEID & MEEDOGENLOOSHEID

In het Boeddhistisch Dagblad van 14 september 2024 lees ik een artikel van Ksaf Vandeputte. Het raakt me. Het ontroert me diep.

Ik citeer:

❛ Laten we mild zijn voor onszelf. We zijn zo kwetsbaar en we leven niet zo lang. Wanneer we mild zijn voor onszelf hebben we geen schuld, moeten we niets veroordelen, zelfs niet beoordelen. Ook anderen niet, want ook al lijkt dat niet altijd zo, zij zijn even kwetsbaar als wij. Dat is de essentie van boeddhistisch mededogen.

Laten we blij zijn dat we leven, in weerwil van al die kwetsbaarheid. Laat ons dankbaar zijn, ook al is er geen goddelijke interventie, geen Vader die voor ons zorgt. We kunnen onze dankbaarheid wel richten naar een onzichtbare kracht die dit leven mogelijk maakt. Een universele levensenergie, een boeddha-bewustzijn dat overal aanwezig is, dat alles doordrenkt, van een rots, een plant, een dier tot ons. Zo bevrijden we ons van de illusie dat we een op zichzelf staand individu zijn. Een losgeslagen vorm van leven.

Ook al leven we niet alleen, we moeten we ons er ook bewust van blijven dat we ook een eiland zijn dat we zelf verantwoordelijk zijn voor alles wat ons ‘overkomt.’ Voor dat besef is scherpte van geest nodig, meedogenloosheid. Wel een meedogenloosheid die gebed is in het doorleven van onze kwetsbaarheid en die van andere mensen. Een meedogenloosheid die elke vorm van sentiment, zelfmedelijden en zelfbedrog doorziet en de realiteit blootlegt, hoe pijnlijk die realiteit ook is.❜

Laten we al die toxische boosheid benaderen met aandacht (sati), gelijkmoedigheid (upekkha) en liefdevolle vriendelijkheid (metta)

Niet met woorden, maar met daden.