JETAVANA

Het Jetavana is het beroemde klooster, gelegen net buiten Savatthi. Savatthi was de hoofdstad van de antieke Indische Mahajanapada-staat Kosala. 

Savatthi was één van de zes grootste steden van Majjhimadesa—het Middenland waar de Boeddha geboren werd, leefde, zijn leer verkondigde en stierf.

Gelegen in de vruchtbare Ganga-vlakte, uitstekend verbonden met de buurlanden, was Savatthi een rijke, cultureel hoogstaande, levendige stad. 

De sutta’s verhalen hoe de bankier Anathapindika het park kocht van Prins Jeta door de totale oppervlakte van het park te bedekken met gouden munten om er vervolgens een klooster op te bouwen voor de Boeddha, die er zijn hoofdkwartier van maakte. Het is de plaats waar de Boeddha het grootste deel van zijn leringen en toespraken gaf, en waar hij ook 19 van de 45 vassa’s (regenretraites) doorbracht, meer dan in enig ander klooster.

Op pelgrimsreis in het Middenland bezocht ik enkele jaren geleden met een kleine groep vipassana-mediteerders het Jetavana, dat een prachtige evocatie is zoals de Indian Ar-cheological Society (IAS) het zich, op basis van de teksten van de sutta’s, voorstelt.

In mijn dagboek schreef ik het volgende: 

Ik sta voor de poort van wat eens het Jetavana Anathapindikarama was. Voor mijn entree betaal ik, als buitenlandse pelgrim, het twintigvoudig tarief van de autochtonen. Maar een kniesoor die daarover zeurt. Wat ik rondom mij zie, is een prachtig aangelegd en dito onderhouden park.

Ik zie de met bakstenen afgelegde plinten van de in de geschriften beschreven gebouwen en stupa’s.

Mijn ogen maken contact met de objecten die zich voor mij uitstrekken. Visueel bewustzijn is het resultaat. Wat ik observeer, percipieer ik als buitengewoon mooi en rustgevend. Een uiterst aangename gewaarwording is het resultaat. Opeens besef ik dat mijn pad hier fout loopt. Door mee te gaan met het aangename verhaal, groeit verlangen naar bestendiging. Van zodra mijn ‘ik’ zich manifesteert, loert wedergeboorte om de hoek. Wedergeboorte—het eeuwige ‘worden’. Bhava.

Ik zet een stap terug.

Ik observeer mijn ademhaling. Ik adem in. Ik adem uit. Volledig bewust van mijn inkomende adem. En van mijn uitgaande adem. Steeds opnieuw. Geen enkele adem gelijk aan de vorige. Noch aan de volgende. Het drijfzand van mentale beelden droogt op. De lege ervaring van het hier-en-nu wordt al vlug mijn deel. Innerlijke vrede. Santi.