BUDDHARUPA

Vraag:

Je zegt dat inzicht in Dhamma géén verwoording, géén visualisatie, géén speculatie, géén inbeelding, geen geloof vergt. Dat inzicht in Dhamma—het ‘zien’ (P. janati) van het Proces van Afhankelijk Ontstaan (P. paticca samuppada)—niet wordt verworven door het vereren van Boeddha-beelden, noch door het volvoeren van eindeloze reeksen prostraties, noch door het circumambuleren van stupa’s.

Mijn vraag: wat is dan de toegevoegde waarde van de bovengenoemde eeuwenoude praktijken die men in de oosterse culturen terugvindt als onderdeel van de dhamma -beoefening ? Hebben de samaya -geloften en empowerments tussen leraar en leerling dan geen enkele waarde in de beoefening?

Antwoord:

In de Samjoyana Sutta, Anguttara Nikaya 10.13 beschrijft de Boeddha de 10 ketens die de dhammanuvatti moet vernietigen wil hij samsara transcenderen en tot zelfrealisatie (nibbana) komen. Om dit te realiseren bestaan er verschillende wegen. Of ‘voertuigen’ als je wil.

Daar hangt géén énkele conotatie ‘goed’ of ‘slecht’ aan vast. Het ligt aan ieder van ons om de juiste keuze te maken. Om het juiste ‘vlot’ te kiezen. En de juiste keuze lijkt me de meest efficiënte te zijn, diegene waarbij de beoefenaar het meeste baat heeft. Maar dit verschilt van mens tot mens.

Ik tracht steeds naar de essentie te gaan.  Voor mij is Dhamma realistisch, niet ritualistisch. Ontdaan van ornamenten en versierselen. Omdat dit, voor mij, het beste resultaat oplevert. Met een directe beoefening om zo snel mogelijk het ‘doel’ te bereiken. Om met zo min mogelijk draaikolken naar de Andere Oever te gaan. Mijn pad is een weg zonder toeters en bellen. Eeuwenoude praktijken van oosterse culturen hebben geen enkele toegevoegde waarde voor ‘mijn’ beoefening. Zulke gebruiken en usantieën verwarren me slechts. Mijn dhutanga is zonder decor en decorum. Zonder buddharupa. Zonder meesters en lineages. Zonder transmissies allerhande. Met panca sila als mijn richtsnoer. En Dhamma als mijn waarheid. Rechtaan. Rechtaf.

Is dit de meest uitgelezen weg? Waarschijnlijk niet. En zeker niet de meest aangename, niet de meest verfijnde. Het is een pad zonder wierook, mantra’s, tromgeroffel en dharani’s. Zonder ceremonieën, rituelen en dingen die ik niet versta. Zonder visualisatie. Zonder inbeelding. Zonder speculatie. Zonder geloof. De pure werkelijkheid tout court. In zijn rauwheid, maar ook in zijn immense duidelijkheid. Yatha Bhuta.

Voor mij persoonlijk is dit de beste weg, de beste beoefening. De weg van de khaggavisana. Maar ik laat ieder zijn waarheid. Zijn persoonlijke zoektocht en zijn persoonlijke beoefening. Zijn persoonlijk pad. Opdat alle beoefenaars zich als goden, in het diepst van hun gedachten, mogen bevrijden van dukkha en vrede ervaren. Zich mogen vrijmaken van woorden en concepten. Bodhicitta als de ontplooiing van ons menselijk potentieel.