DUKKHA

De sutta’s van de Pali-canon zijn doordrenkt met het woord dukkha. Dukkha is een sleutelwoord in de DhammaDukkha is datgene waar het om draait in Boeddha’s leer. Het gaat om dukkha én om de beëindiging van dukkha.

De Boeddha zei:

 In het verleden, zowel als in het heden, onderwijs ik maar één ding: dukkha en de beëindiging van dukkha. 

Dát is het. In de sutta’s van de Pali-canon komt de Boeddha—coherent en consistent—naar voor als een praktisch leraar, niet als een wereldvreemde profeet of filosoof.

De Boeddha was niet geïnteresseerd in het beantwoorden van metafysische vragen die puur speculatief zijn en slechts denkbeeldige problemen opwerpen en veroorzaken. Intellectuele bevrediging was niet zijn doel. 

Zijn leer was bedoeld om de mens vrede en geluk te brengen door het verkrijgen van helder inzicht in de ware aard van de dingen. Zulk inzicht verheldert de onbestendige, onbevredigende en zelfloze aard van onze beleving in ieder moment. Anders gezegd: het is dit helder inzicht dat de mens bevrijdt van dukkha. In dít leven. Niet in een verre onbestemde toekomst. Alles wat niet leidt tot dit doel is voor de Boeddha de moeite van overweging zelfs niet waard. Wanneer hem vragen gesteld werden in die zin deed hij er gewoon het zwijgen toe.

Maar wat is dukkha eigenlijk in mensentaal? (1)

Dukkha is de eeuwige ellende, de permanente onvrede die alle wezens in alle aspecten van hun bestaan doordringt. De oorzaak van deze ellende ligt besloten in onwetendheid (P. avijja).

Avijja is het niet (kunnen, willen, durven) zien, het niet (kunnen, willen, durven) begrijpen, het niet (kunnen, willen, durven) aanvaarden hoe de werkelijkheid van het bestaan eruit ziet, namelijk vergankelijk (P. anicca) en leeg, d.i. zonder enig stabiel ‘zelf’ (P. anatta). Deze diepe onwetendheid heeft verlangen (P. tanha, lobha) en afkeer (P. vyapada, dosa) tot gevolg.

De Boeddha noemde onwetendheid, verlangen en afkeer ‘de drie vergiften’ (P. kilesas). Uit deze drie vergiften spruiten alle andere bezoedelingen (P. asava’s) voort. Hou deze onheilzame deuren gesloten. Bevrijd jezelf.

______

(1): De Boeddha in de Dhammacakkappavatana Sutta, zijn eerste voordracht in het Hertenkamp in Sarnath: “Dit, Monniken, is de Edele Waarheid over het lijden (P. dukkha sacca): Geboorte is dukkha. Ouderdom is dukkha. Ziekte is dukkha. Dood is dukkha. Verdriet, treuren, pijn, droefheid en ellende is dukkha. Samenzijn met vijanden is dukkha. Gescheiden zijn van vrienden is dukkha. Niet krijgen waar je van houdt is dukkha. Samengevat: de vijf khandha’s [het ‘ik’] zijn dukkha.”