YATHĀ BHŪTA ÑĀṆA DASSANA. 

De Boeddha zei:

❛ Mijn pad is de middenweg—er is geen begin, er is geen einde. Wij zijn altijd in het midden, groeien eeuwig, ontspruiten, bloeien, vinden nieuwe ruimte. ❜

De Boeddha heeft nooit beweerd dat zijn ontwaken een moment was waarin allerlei goddelijke mysteriën aan hem geopenbaard werden.

Ontwaken is wakker worden. Observeren hoe de werkelijkheid wérkelijk is. Én deze werkelijkheid gelijkmoedig aanvaarden. 

Yathā bhūta ñāṇa dassana. Niets méér. Maar vooral niets mínder.

Ontwaken is het loslaten van onze hechting (upādāna) waardoor we ons kunnen begeven in de flow, in het proces. Het is het loslaten van de identificatie met óns ‘verhaal’; met óns individueel persoonlijk ‘drama’.

Het is het ‘ontzielen’ van de componenten (khandha’s) die het ‘ik’ vormen—dit raamwerk van onwetendheid, verlangen en afkeer. Het is het wegpellen van het valse, begoochelende ‘zelf’-gevoel.

Verlichting resulteert in onze bereidheid om de confrontatie met onze vergankelijkheid aan te gaan. En de hierop volgende acceptatie ervan. Het is de transformatie van dogmatisch geloof (dat we eeuwig bestaan) naar resoluut niet-weten.

Dit bericht is geplaatst in Uncategorized. Bookmark de permalink.