
Inzicht is geen toevoeging aan het denken, geen verzameling van nieuwe ideeën die de geest versieren. Het is eerder een doorzien, een openvallen van de werkelijkheid zoals ze zich altijd al toont. Thera Soma beschreef het in zijn boek ‘The Way of Mindfulness’ (1998) als een volledige transfiguratie van het mentale leven, een omkering in de manier waarop de geest kijkt, voelt en ervaart.
Ik citeer: ❛ Inzicht is het begrijpen van de ware aard van de dingen waardoor een volledige transfiguratie van het mentale leven plaatsvindt in de ziener en waardoor hij uitstijgt boven geboorte en dood. Het begrijpen van de ware aard van de dingen komt neer op inzicht in de vergankelijkheid, onbevredigdheid en zelfloosheid van alle geconditioneerde verschijnselen. ❜
Wanneer het oog van inzicht zich opent, blijkt het bestaan niet langer te rusten op vaste grond. Wat zo vaak als stabiel en blijvend werd aangenomen, toont zich als uiterst vergankelijk (anicca; anitya). Wat men hoopte te omarmen als bron van blijvende vreugde, ontmaskert zich als onbevredigend (dukkha; duḥkha). Wat men beschouwde als een ‘zelf’ dat bezit, controle en continuïteit zou waarborgen, blijkt leeg te zijn van eigenheid (anattā; anātman).
Deze drie kenmerken (tilakkhaṇa; trilakṣaṇa) zijn geen concepten die louter in woorden bestaan. Zij worden herkend in het directe zien: het ontstaan en vergaan van gedachten, de fragiele aard van gewaarwordingen en gevoelens, de ongrijpbare energetische stroom van het lichaam dat van moment tot moment verandert. In dit zien valt de illusie van bestendigheid uiteen, en daarmee ook de illusie van een kern—een ‘ziel’—die daarachter zou schuilgaan.
Dit inzicht is geen nihilisme, geen ontkenning van het leven. Het is juist het ontwaken— wakker worden—in de levende stroom zelf, bevrijd van de last om die stroom te willen vastzetten of bezitten. Wanneer men doorziet dat er niets vast te houden is, wordt de geest stil. Wanneer men ervaart dat geen enkele verschijning een blijvend houvast biedt, verschijnt er een onverwachte vrijheid: de vrijheid om niet te grijpen, om niet te verwerpen, maar eenvoudig te rusten in wat verschijnt en verdwijnt.
Daarin ligt de transfiguratie waar Thera Soma naar wijst: het mentale leven wordt omgevormd. Waar eerst verlangen en angst regeerden, komt helderheid en ruimte. Waar men gebonden was aan geboorte en dood—aan het steeds opnieuw worden en vergaan van een denkbeeldig ‘ik’—komt een openheid in de plaats die niets meer behoeft.
Inzicht is niet iets dat men zich ’toe-eigent’. Het is veeleer het loslaten van ’toe-eigening’, van eigendom, van bezit. Het is het ontwaken in een werkelijkheid die steeds verandert en zich juist in deze permanente transformatie als vrij onthult. Zo kan het leven geleefd worden zonder dat er iets te winnen of te verliezen valt. Wat rest is eenvoud, helderheid, en de stilte van een onthechte geest die niets meer najaagt.
De subtitel van dit artikel “het zien van de ware aard der dingen”verwijst naar het Pāli-woord yathā-bhūta—het rechtstreeks aanschouwen van de werkelijkheid zoals zij is, zonder sluier van verlangen of afkeer. In dit eenvoudige woord klinkt de Weg zelf mee: een zien dat niets toevoegt en niets wegneemt. Het is ook de naam van mijn website, waar dit stille en open kijken het hart vormt van alles wat verschijnt in afhankelijk ontstaan (paṭicca samuppāda; pratītyasamutpāda).
